Loonbelasting. Vrije vergoedingen en verstrekkingen; arbovoorzieningen; stoppen met roken

Belastingdienst/Centrum voor proces- en productontwikkeling, domein belastingen op arbeid en vermogen

 

Besluit van 15 juli 2004, nr. CPP2004/479M

 

De directeur-generaal Belastingdienst heeft namens de staatssecretaris van Financiën het volgende besloten.

 

Aan mij is een vraag voorgelegd over cursussen die werknemers helpen om te stoppen met roken.

De vraag en het antwoord zijn hierna opgenomen. Dit besluit bevat bovendien een goedkeuring voor bepaalde gevallen waarin maatregelen die de handhaving van een rookverbod vergemakkelijken nog geen deel uitmaken van een Arboplan.

 

De Voorzitter van de Raad van Bestuur Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) heeft mij meegedeeld dat de inhoud van dit besluit ook van toepassing is voor de premieheffing werknemersverzekeringen.

Vraag

Een werknemer wil stoppen met roken met behulp van een cursus. Kan de werkgever deze cursus belastingvrij vergoeden of verstrekken?

Antwoord

Ja, de werkgever kan deze cursus belastingvrij vergoeden of verstrekken. Hiervoor geldt als voorwaarde dat de cursus feitelijk deel uitmaakt van een Arboplan.

 

Maatregelen die een werkgever neemt om handhaving van een rookverbod op de werkplek te vergemakkelijken kunnen naar mijn oordeel gezien worden in het kader van de vereiste zorg van de werkgever voor de arbeidsomstandigheden

 

Cursussen met behulp waarvan medewerkers stoppen met roken kunnen in redelijkheid deel uitmaken van een Arboplan. Als een dergelijke cursus ook feitelijk wordt opgenomen in een Arboplan, kan de desbetreffende inhoudingsplichtige de cursus vrij vergoeden of verstrekken op grond van artikel 43 van de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001 (hierna URLB).

 

Een aantal werkgevers heeft de hiervoor bedoelde maatregelen genomen na de invoering van de wijzigingen van de Tabakswet per 1 januari 2004. Het is mogelijk dat deze werkgevers die maatregelen hebben genomen of nog nemen zonder dat deze feitelijk deel uitmaken van een Arboplan, terwijl de werknemers door deze maatregelen geen aanmerkelijke privé-besparing genieten (vergelijk artikel 43 van de URLB). Voor deze gevallen keur ik het volgende goed.

 

Goedkeuring
Ik keur goed dat het opnemen in een Arboplan van de hiervoor bedoelde maatregelen terugwerkende kracht krijgt tot 1 januari 2004 indien dit gebeurt voor 1 januari 2005.

 

Met ingang van 1 januari 2005 zijn vergoedingen of verstrekkingen in dit kader alleen onbelast mogelijk als de bedoelde maatregelen feitelijk deel uitmaken van een Arboplan en ook overigens voldoen aan artikel 43 van de URLB.